Volgens een statistische analyse van het Vias-instituut (het vroegere BIVV) op basis van nieuwe cijfers van de FOD Economie neemt het aantal vluchtmisdrijven verhoudingsgewijs toe in België. Tien jaar geleden werd bij 9 procent van alle letselongevallen vluchtmisdrijf gepleegd. In 2017 ging het al om 11 procent van alle ongevallen. Voetgangers en fietsers zijn daarbij oververtegenwoordigd: ze zijn bij 1 op de 2 ongevallen betrokken, zo benadrukt Vias.

Elke 2 uur een vluchtmisdrijf

Vorig jaar zijn ongeveer 4.200 ongevallen met doden of gewonden gebeurd waarbij als verzwarende omstandigheid vluchtmisdrijf is gepleegd. Het gaat dus over bijna 1 ongeval elke 2 uur. Het fenomeen neemt vooral in Brussel zorgwekkende proporties aan, waar het percentage vluchtmisdrijven boven de 15 procent piekt (tegenover 11 procent in Vlaanderen en 9 procent in Wallonië).

Mannen jonger dan 25 jaar

Vias analyseerde het profiel van 850 bestuurders die door een rechter veroordeeld werden voor een vluchtmisdrijf. Daaruit kon het een doorsnede opmaken van het type bestuurder dat zijn verantwoordelijkheid probeert te ontlopen: in 86 procent gaat het om mannen en meer dan 50 procent is jonger dan 25 jaar. Bovendien waren ze in 42 procent van de gevallen onder de invloed van alcohol of drugs en reed 16 procent zonder verzekering of rijbewijs.

Wat zijn de straffen?

Sinds 15 februari van dit jaar worden in ons land zwaardere straffen opgelegd aan plegers van een vluchtmisdrijf. Er is toen ook een onderscheid ingevoerd tussen ongevallen met gewonden en die met doden. In het eerste geval kan een dader worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee weken tot drie jaar en/of een boete van 3.200 tot 4.000 euro. Bovendien kan het rijbewijs voor minstens 3 maand en tot 5 jaar worden ingetrokken, of soms zelfs permanent. Als bij het ongeval bovendien iemand het leven is verloren, dan kan de gevangenisstraf oplopen tot 4 jaar en om weer met de auto te mogen rijden, moet de veroordeelde een theoretische, een praktische en een psychologische proef ondergaan.