1.         Ford Mondeo Clipper (2007 – 2014): +/- 7.000 euro

In het segment van de grote breaks was de Ford Mondeo een te duchten concurrent. Hij bood niet alleen een grote koffer van 555 liter en interessante motoren, maar was vooral een waar plezier om mee te rijden. Deze tweede generatie van de Mondeo kon worden besteld met een heel gamma aan benzine- en dieselmotoren, tot aan de vijfcilinder uit de Focus RS toe, weliswaar in een tot 220 pk toegeknepen variant.

2.         Volkswagen Passat Variant (2005 – 2010): +/- 6.500 euro

Door het chassis van de Golf over te nemen groeide deze zesde generatie van de VW Passat in alle richtingen in vergelijking met zijn voorganger. Zijn 605 liter grote koffer kon worden vergroot tot een volume van 1.730 liter als je de achterbank neerklapte. Bovendien kon hij uitpakken met een mooi afgewerkt interieur en een reeks beproefde motoren, van een 1.4-benzinemotor tot een 3.6-V6, met daartussen de 2.0 TDI.

3.         Volvo V70 (2007 – 2016): +/- 6.900 euro

De derde generatie van de V70 was een waardige opvolger voor de grote hoekige breaks die de reputatie van Volvo hebben helpen opbouwen en wierp zich in de eerste plaats op als een comfortabele en veilige reisbreak. Zijn koffer van 529 liter was niet de grootste, maar hij bood een perfect vierkante vorm dankzij een quasi verticale kofferklep. Qua motoren was de DRIVe-versie uitgerust met een kleine 1.6-diesel, terwijl de andere, minder spaarzame maar meer charismatische krachtbronnen allemaal vijfcilinders waren.

4.         Mercedes E-Klasse break (2002 – 2009): +/- 7.200 euro

Als we dan toch naar het laadvermogen kijken, dan heeft de Mercedes E-Klasse break er op overschot. Met 690 liter standaard en 1.950 liter met de achterbank neergeklapt klopt hij gemakkelijk alle andere modellen in dit lijstje. Hij kan zelfs voorwerpen met een lengte van tot 2,03 meter lang slikken. Om onder de grens van de 8.000 euro te kunnen blijven, zal je echter wel moeten uitkijken naar een versie van de W211-generatie, waarvan de laatste exemplaren al uit 2009 stammen. In de neus liggen diesels met vier, vijf en zes cilinders en zelfs een dikke V8-benzine.

5.         BMW 5-Reeks Touring (2003 – 2010): +- 7.600 euro

De 5-Reeks Touring verkoos “Freude am Fahren” (rijplezier) boven het praktische aspect en dat merk je wanneer je de koffer opent. Die slikt namelijk slechts 500 liter, of 1.650 liter met de achterbank neergeklapt. Dat volstaat voor een labrador, maar probeer er geen tweede bij te duwen. Qua motoren was deze generatie er zelfs als M5, met een V10 van 507 pk, maar die vergt uiteraard een ander budget. Zoek eerder naar een van de 4- of 6-cilinders in lijn, op benzine of diesel.

6.         Audi A6 Avant (2004 – 2010): +/- 8.000 euro

De derde Duitse premiumrivaal is de Audi A6 Avant, die zich qua laadvermogen tussen de BMW en de Mercedes plaatst (565-1.660 liter), maar die qua prijs wel hoger zit dan die twee laatste. De C6-generatie werd aangedreven door een reeks viercilinders of V6’en op diesel, maar er waren ook dikke V8-motoren en zelfs een V10 in de S6 en RS6 (al vergen ook die laatste weer een veel groter budget). En uiteraard was ook het quattro-systeem van de partij.

7.         Saab 9-5 Estate (1997 – 2009): +/- 5.000 euro

Na deze 6 ‘klassieke’ modellen pakken we nu nog uit met een veel originelere concurrent, die veel zeldzamer is en, vooral, gevoelig minder duur. Tijdens zijn eindeloze carrière van 12 jaar onderging de Saab 9-5 drie facelifts en een hele reeks technologische evoluties. Qua motoren werden de voorwielen vooral aangedreven door viercilinders, met vermogens van 150 tot 260 pk voor de 2.3t. En je vindt al een Saab 9-5 Estate uit 2008 met 100.000 kilometer op de teller voor minder dan 5.000 euro.