De Covid-19-epidemie verovert Europa aan een schrikbarend tempo. Noord-Italië is herschapen tot een oorlogsgebied. De plaatselijke ziekenhuizen kampen met een schrijnend tekort aan materieel, waardoor het werk van het medisch personeel nog lastiger wordt. De Formule 1-wereld heeft daarom beslist om samen voor hulp te zorgen.

Zoals in 1940

Net zoals in de Eerste en de Tweede Wereldoorlogen wordt de industrie ingeschakeld in de strijd tegen de pandemie, door hospitalen te helpen om hun werk onder de beste omstandigheden te kunnen uitvoeren. In China is een reeks constructeurs (zoals BYD) mondmaskers en handgel beginnen produceren. In Europa ligt de prioriteit bij het maken van beademingstoestellen en ventilatiesystemen voor de medische sector. Het hoge aantal reanimaties en patiënten maakt namelijk dat de vraag naar hulpsystemen omhoog schiet.

In het Verenigd Koninkrijk overleggen de teams van Red Bull, Williams, McLaren en Mercedes met constructeurs van dit soort materieel om te zien hoe ze zelf kunnen bijdragen aan de productie-inspanningen.

In Italië heeft de steenrijke Agnelli-familie, die hoofdaandeelhouder is van de autogroep FCA en eigenaar van Ferrari via de holding Exor, de regering 10 miljoen euro geschonken voor de strijd tegen de epidemie. De familie heeft bovendien 150 beademingstoestellen gekocht en een reeks voertuigen ter beschikking gesteld om medicatie en voeding te verdelen. Tot slot stelt ook Ferrari zijn mankracht ter beschikking voor de productie van materieel zoals onderdelen voor ventilatoren en beademingstoestellen. Een deel van de productie van de grootste Italiaanse constructeur van dit soort apparaten, Siare Engineering International, zou zelfs naar een fabriek van de FCA-groep verhuizen.