De eerste generatie van de Q5, die in 2008 werd gelanceerd, werd immers gebouwd in Ingolstadt, in Duitsland zelf. Nadien kwam daar nog een fabriek in China bij voor de Aziatische markt. Voor versie twee pakt Audi het anders aan: de volledig herwerkte Q5 rolt voortaan van de band in Mexico.

Hij ziet er nochtans relatief hetzelfde uit?

Op het eerste gezicht misschien wel, maar de Duitse merken zien hun succesmodellen visueel liever zachtjes evolueren dan ingrijpend veranderen. Maar kijk je naar de grille en de lichtblokken, die als optie met led-lampen of met matrix-technologie kunnen besteld worden, dan zie je dat de wijzigingen verder gaan, en dat hij de vertrouwde lijnen van de moderne Audi-familie krijgt. Met wat slechte wil kan je er een kleine Q7 in zien, maar wij vinden dat hij zijn eigenheid behoudt.

Is hij ook groter geworden?

Jazeker: een van de belangrijkste wijzigingen is het nieuwe platform, dat de Q5 deelt met de A4, Q7 en zelfs de Bentley Bentayga. De SUV is 34 mm langer dan zijn voorganger (4,66 m) en 6 mm hoger (1,66 m), maar bleef even breed (1,89 m). Bovendien wist Audi het gewicht met maximum 90 kg te reduceren, door het gebruikte materiaal voor het koetswerk te herbekijken. De gewonnen ruimte vertaalt zich niet alleen in meer plaats voor de passagiers in het interieur, maar ook in de kofferruimte.

Hoeveel bagage kan je in de koffer kwijt?

Dat hangt af van de achterbank: die kan je namelijk in de lengte verschuiven en je kunt ook de hoek van de rugleuning aanpassen. Afhankelijk daarvan beschik je over 550 tot 610 liter, 10 liter meer dan het vorige model. Klap je de achterbank neer – dat kan in drie delen – dan heb je 1.550 liter te vullen. Om het laden makkelijker te maken, kan je nog kiezen voor een kofferklep die je met een voetzwaai kunt openen, en zelfs voor luchtvering, waardoor je de laaddrempel met enkele centimeters kunt verlagen.

En de rest van het interieur?

Dat kan naar goede Audi-gewoonte naar wens bijzonder luxueus worden aangekleed. En eveneens naar goede Audi-gewoonte moet je daarvoor in de geldbuidel tasten. De virtuele cockpit is uiteraard ook hier verkrijgbaar, net als een bijzonder uitgebreid infotainmentsysteem, dat enige gewenning vergt en met draaiknop en touchpad kan worden bediend, en dat uiteraard over een wifi-hotspot, Apple CarPlay en Android Auto beschikt. Smartphones kunnen optioneel ook opgeladen worden via inductie.

Hoe zit het met de rijhulpsystemen?

Die hebben de Duitsers flink uitgebreid ten opzichte van het vorige model: naast een adaptieve snelheidsregelaar met fileassistentie en rijstrookwaarschuwing kan je voortaan ook kiezen voor waarschuwingen voor kruisend verkeer achter de auto wanneer je achteruitrijdt en een waarschuwing voor het openen van de deuren wanneer er zich fietsers of andere auto’s achter de Q5 bevinden. Een vermoeidheidswaarschuwing, verkeersbordherkenning en parkeerhulp behoren uiteraard ook tot de mogelijkheden. Bijzonder volledig dus.

Uit welke motoren kan ik kiezen?

Kort gezegd: vijf dieselmotoren en een benzinemotor. De 2.0 TDI viercilinder dieselmotor is voorlopig alleen verkrijgbaar in een versie van 163 pk en 190 pk, maar eind deze maand komen daar nog varianten van 136 en 150 pk bij. De dieseltopper is de 3.0 V6 TDI. Aan benzinekant vinden we voorlopig alleen de 2.0 TFSI, die goed is voor 252 pk. Later volgen ongetwijfeld nog een SQ5 en e-tron.

De in ons land populairste modellen, de 2.0 TDI met 136 en 150 pk, zijn standaard gekoppeld aan een manuele zesversnellingsbak, die het vermogen naar de voorwielen stuurt. In de optielijst kan je voor beide modellen Audi’s Quattro-vierwielaandrijving aanvinken. De versies met 163 en 190 pk kan je ook kiezen in combinatie met de S-tronic-zeventrapsautomaat met dubbele koppeling, die je dan weer standaard vindt in de 2.0 TFSI. Beide diesels en de benzine hebben standaard vierwielaandrijving. De 3.0 TDI kiest ten slotte als enige voor de Tiptronic-achttrapsautomaat.

Hoe rijdt hij?

We hebben op de presentatie van de Q5 de meeste tijd doorgebracht in de 3.0 TDI. Die blijft een van de sterkste motoren die de Duitsers in huis hebben: met 286 pk en maar liefst 620 Nm is hij koppelrijk, zijdezacht en romig, en de combinatie met de automaat werkt voortreffelijk. De optionele luchtvering zorgt bovendien voor een prinsheerlijk rijcomfort, dat oneffenheden meesterlijk filtert en het koetswerk perfect onder controle houdt. Handig om te weten is dat de permanente Quattro-vierwielaandrijving van de 3.0 TDI rendeert: via het Drive Select-systeem kan je kiezen voor een efficiënte allroad-modus enbij lage snelheden zelfs een echte offroad-modus, die het koetswerk iets hoger legt voor moeilijk doorwaadbaar terrein.

Hoeveel kost hij?

Audi kon ons voorlopig nog maar enkele prijzen meegeven: de 2.0 TDI met 163 pk begint vanaf € 47.950, de 190 pk-versie kost € 48.350. De 2.0 TFSI heeft op zijn beurt een prijskaartje van € 52.850. De prijzen van de andere viercilinder-dieselmotoren volgen later deze maand, de 3.0 TDI staat begin volgend jaar in de catalogus. Naar aloude Duitse traditie is de optielijst bijzonder uitgebreid, en tikt daardoor de eindfactuur stevig aan, maar Audi doet er wel goed aan heel wat opties in betaalbaardere packs te bundelen.

Besluit?

De eerste generatie van de Audi Q5 kon een schot in de roos worden genoemd, en de Duitsers lijken voor nummer twee ook een succesrecept gevonden te hebben: de 3.0 TDI barst van de kwaliteiten, zweeft over de weg en is bijzonder capabel, zowel op de baan als ernaast. Daar staat weliswaar een stevig prijskaartje tegenover, maar wij blijven alleen met de vraag zitten hoe de andere motoren het op onze Belgische wegen doen. Dat hopen we snel te kunnen ontdekken…