Sinds de Model 3 in 2016 werd voorgesteld, de auto die Tesla’s eerste echt betaalbare model moet worden, zou het Amerikaanse merk al zowat 600.000 bestellingen hebben gekregen. Aanvankelijk hoopte Tesla tegen eind vorig jaar 5.000 exemplaren per week te kunnen bouwen, om eind dit jaar 10.000 stuks per week van de band te zien rollen.

Bijstellen

Die doelstellingen moest Musk gradueel bijstellen. De Tesla-CEO wilde het productieproces van de Model 3 namelijk zoveel mogelijk automatiseren, maar dat zorgde voor heel wat problemen. Het intensieve gebruik van robots in fases van het productieproces die klassieke constructeurs door gewone arbeidskrachten laten doen, leverde de nodige vertragingen op.

Sommige klanten moeten daardoor meer dan twee jaar wachten voor hun Model 3 voor de deur staat. Recent werd de productie voor de tweede keer in twee maanden stilgelegd. Musk stelde zijn productiedoelstellingen intussen ook bij: begin dit jaar hoopte hij dat er vandaag 2.500 stuks per week van de band moeten rollen. Begin deze maand waren dat er net 2.000.

“Mijn vergissing”

Elon Musk erkent intussen zijn schuld, zo liet hij op Twitter weten: “De doorgedreven automatisering was een vergissing. Mijn vergissing.” De productiestop moet de bottlenecks uit het productieproces halen. Hoe sneller die weg zijn en de productie van de Model 3 op schema zit, hoe beter. Dat komt de financiële gezondheid van Tesla ten goede komen en de schuldenberg van het bedrijf verkleinen.

Daar ziet Musk voorlopig nog geen graten in: als antwoord op cijfers van het Britse weekblad The Economist, dat berekende dat Tesla dit jaar bijna 3 miljard dollar nodig heeft, tweette Musk onlangs: “Tesla zal winstgevend zijn en een positieve cashflow hebben in het derde en vierde kwartaal.” Analisten denken daar voorlopig anders over: “Tijd is geld in de auto-industrie, en Tesla denkt van allebei genoeg te hebben”, aldus analysebureau AutoPacific.