De Tesla Model S is al op de markt sinds 2012 en de Model X sinds 2015. Ze zijn dus niet meer okselfris. Daarom drong een opfrisbeurt zich op, die wij trouwens eind vorig jaar nog hadden voorspeld. Wie had gehoopt op een volledig nieuw design, is eraan voor de moeite: de voorbumper wordt wat hertekend, achteraan is een nieuwe diffuser gemonteerd en alle chroom is vervangen door matzwarte bekleding, maar dat is het ook. Zelfs de lakkleuren zijn dezelfde gebleven.
Stuur
In het interieur is de make-over echter zeer ingrijpend. Het eerste wat in het oog springt, is dat maffe stuurwiel. Het is vierkant en de velg loopt niet door aan de bovenkant. Er zijn ook geen stuurstengels meer te zien voor de bediening van lichten, ruitenwissers en de versnellingspook. Die functies worden nu allemaal geregeld via aanraakvlakken op het stuurwiel, zoals bij Ferrari, en Tesla zet ook in op doorgedreven automatisering. Als je bijvoorbeeld instapt in een auto die in de garage geparkeerd staat met de neus naar de muur, dan zal de wagen zelfstandig de achteruitversnelling inleggen omdat hij inschat dat je niet meer vooruit wil/kan.
Net zoals de recentere Model 3 en Y is het grote centrale scherm nu in landschapsmodus ingeplant in plaats van in portretstand, maar het is wel nog steeds 17 duim groot. En in tegenstelling tot de kleinere broers hebben de S en de X wel nog steeds een digitaal instrumentenbord (12,3 duim) achter het stuur. Achterin doet een derde scherm zijn intrede (8 duim) waarmee de passagiers op de achterbank naar films kunnen kijken of kunnen gamen. De processorsnelheid is zwaar versterkt tot 10 teraflops, zodat falende infotainmentsystemen nooit meer kunnen voorkomen en zodat je voor- en achterin tegelijk kan gamen tijdens het Superchargen. Over Superchargen gesproken: dat kan voortaan aan 250 kW (vandaag maximaal 150 kW in Europa).
Verder hebben alle plaatsen nog steeds stoelverwarming, maar krijgen de voorstoelen nu ook een ventilatiefunctie (maar nog steeds geen massage). Achterin heb je in de Model S eindelijk recht op een middenarmsteun en beide modellen krijgen een nieuwe geluidsinstallatie met liefst 22 luidsprekers en actieve lawaaionderdrukking om het interieur fluisterstil te maken.
Plaid
Het ‘motorenpalet’ bestaat uit 3 versies voor de Model S en 2 voor de Model X. Ze behouden allebei de Long Range-variant, waarvan het rijbereik piekt op 663 kilometer voor de S en 580 kilometer voor de X. Dankzij twee motoren sprint de Model S Long Range naar 100 km/u in 3,2 seconden, waarmee hij zo snel is als een Porsche Taycan Turbo van 157.000 euro. Prijs van de Tesla? 89.990 euro. De Model X heeft 3,9 seconden nodig voor dezelfde oefening en kost 99.990 euro.
Een serieuze trap hoger komt de Plaid-versie met liefst 1.020 pk uit drie elektromotoren: één in de vooras en twee achteraan (een per wiel). Op die manier is een vectoriële koppelverdeling mogelijk waardoor deze variant bereidwilliger de bocht in zou moeten duiken. De sprint naar de 100 is in 2,1 seconden afgerond en de topsnelheid ligt op 320 km/u. Ter vergelijking: de Taycan Turbo S doet 2,8 seconden over die oefening en haalt ‘slechts’ 260 km/u. Bovendien heeft de Porsche een basisprijs van 191.000 euro, terwijl de Model S Plaid er is voor 119.990 euro. De Model X Plaid is vreemd genoeg even duur als de evenwaardige S. Hij heeft 2,6 seconden nodig voor de standaardsprint. Rijbereik? 628 kilometer voor de S, 547 voor de X.
Plaid+
Deze versies worden vanaf september geleverd. Tegen het eind van het jaar volgt dan de overtreffende trap: de Plaid+. Die krijgt “meer dan 1.100 pk”, sprint naar 100 km/u in “minder dan 2,1 seconden” en haalt vooral een rijbereik van “meer dan 840 kilometer”. Tesla vraagt voor deze versie 139.990 euro. Een Model X Plaid+ komt er vooralsnog niet. Al die technische tovercijfers maken het natuurlijk des te spijtiger dat het uiterlijk nauwelijks evolueert…