1. Facel Vega Facel II
Het in 1954 opgerichte Facel Vega deed een poging om het blazoen van de Franse auto-industrie weer op te poetsen na de Tweede Wereldoorlog. Hun rijkelijk uitgeruste modellen met een elegant design en een krachtige Chrysler-V8 kenden een zeker succes. In 1961 lanceerde Facel de Facel II, het ultieme model voor het in 1964 op de fles ging. Met zijn V8 van 6,3 of 6,8 liter en tot 400 pk is de Facel II lang de krachtigste Franse auto ooit geweest.
2. Ford Comète
De Ford Comète, een prachtige coupé die werd gemaakt van 1951 tot 1954, is vandaag een beetje in de vergeethoek terechtgekomen. Dat is ongetwijfeld te wijten aan zijn te bescheiden motor: de mooie tweedeurs was afgeleid van de Ford Vedette en werd bij zijn lancering aangedreven door een V8 van 2,1 liter en… 74 pk. Dat is toch wat krap om met de spierballen te kunnen rollen. In de loop van zijn carrière kreeg het model een dikkere V8 van 3,9 liter, maar het was te laat: de toekomst van Ford France was toen al bezegeld.
3. Talbot Lago America
Begin de jaren ’50 schraapte het prestigieuze Talbot Lago al zijn centen bij elkaar voor het product van de laatste kans: een elegante coupé aangedreven door een krachtige zescilinder. De lijn was subliem, de basis was verouderd en de prijs was exorbitant. De zescilinder werd vervolgens ingeruild voor een meer bescheiden vierpitter. De auto werd een flop, maar Talbot Lago bleef erin geloven en hoopte het op de Amerikaanse markt te kunnen maken. Daarom gooide het een schitterende V8 van BMW onder de motorkap en veranderde het de naam van het model naar America. Het avontuur liep af op een grote sisser en Talbot Lago verdween…
4. Simca Vedette
In 1954 werd Simca eigenaar van Ford France, en in de bruidsschat vonden de Fransen een gloednieuw model: de Vedette. De zeer Amerikaanse lijnen van die laatste werden voortgestuwd door een V8 van 2,4 liter. Hoewel overal op het mooie koetswerk werd verwezen naar het prestige van de V8, was deze arme motor toch het zwakke punt van de auto, met zijn zijkleppen, belabberde rendement en de neiging om warm te lopen.
5. Citroën Traction 22
Dit is de heilige Graal voor elke Citrofiel. In 1933 keurde Citroën de productie goed van een Traction met een zelf ontwikkelde V8. Deze nobele motor moest de enorme mogelijkheden van het chassis ten volle benutten. De auto kwam uiteindelijk nooit officieel op de markt, maar er zijn wel een dikke twintig prototypes van gemaakt. Vandaag is daar geen enkel overlevend exemplaar van gekend, maar de zoektocht blijft duren…?
Vond je dit artikel interessant en wil je het laatste autonieuws meteen in je mailbox ontvangen? Schrijf je – net als meer dan 300.000 autoliefhebbers – nu gratis in via e-mail: