Een elektrische bedrijfswagen thuis opladen, zal je energieverbruik doen stijgen, en daarmee ook je energiefactuur. Zeker als je in Vlaanderen woont, waar het capaciteitstarief van toepassing is. Gelukkig zou je werkgever die meerkost logischerwijs moeten compenseren. Het beleid voor de terugbetaling moet duidelijk vermeld staan in de car policy van het bedrijf en geldt alleen voor bedrijfswagens die ter beschikking gesteld worden. Als je nog een tweede elektrische auto hebt, moet je de laadsessies van je privé- en bedrijfswagen van elkaar scheiden.
Wanneer je je bedrijfswagen thuis oplaadt, gebruik je best een ‘smartcable’ of een slimme laadpaal. Beide opties zijn uitgerust met een communicatiesysteem dat precies berekent hoeveel energie er gaat naar het opladen en die informatie rechtstreeks naar je werkgever stuurt.
Als je geen slimme laadpaal hebt, moet je het verbruik gelinkt aan het opladen zelf registreren, bijvoorbeeld door je laadpaal op een aparte elektriciteitsmeter aan te sluiten.
Werkelijke kosten of forfait?
Je werkgever kan ervoor kiezen om de thuis gebruikte stroom te vergoeden op basis van een forfait of op basis van de werkelijke kosten.
Bij de eerste optie is het eenvoudig: je ontvangt maandelijks een vast bedrag dat de kost van het thuisladen van je auto moet dekken. Dat is eenvoudig voor het bedrijf om te implementeren, maar het is minder eerlijk voor de werknemer, omdat er geen rekening gehouden wordt met het werkelijke verbruik of met schommelingen in de energieprijzen, of bijvoorbeeld met het capaciteitstarief in Vlaanderen.
Daarom verkiezen de meeste Belgische bedrijven voor de terugbetaling op basis van de werkelijke kosten, geregistreerd door de slimme laadpaal of de smartcable. De vraag is in dat geval tegen welk tarief elke kWh vergoed wordt. En daar zit het probleem: elke werknemer kan een ander energiecontract – en dus een ander tarief – hebben. De administratieve rompslomp om de terugbetaling op maat te beheren, zou voor bedrijven enorm zijn. Daarom is overeengekomen dat werkgevers tijdelijk het vaste tarief van de CREG (Commissie voor Regulering van Elektriciteit en Gas) mogen gebruiken, die maandelijks het gemiddelde bedrag per kWh in België op haar website publiceert.
Tijdelijk welteverstaan, omdat de overheid heeft beslist dat het CREG-tarief geen optimale weerspiegeling is van de werkelijke elektriciteitskosten. Het CREG-tarief blijft dus van toepassing totdat een andere oplossing wordt gevonden.
Word ik hier op belast?
Als je bedrijf kiest voor een forfaitaire terugbetaling, loop je het risico om na een controle belast te worden als de vergoeding hoger is dan het werkelijke verbruik.
De terugbetaling op basis van de werkelijke kosten zou in principe moeten leiden tot een voordeel van alle aard (VAA) voor de werknemer. Maar om de vergroening van het wagenpark te stimuleren, heeft de overheid uitzonderlijk besloten om van deze regel af te wijken. Er wordt van uit gegaan dat het VAA op de laadkosten al is inbegrepen in het VAA dat je als werknemer betaalt voor het privégebruik van je bedrijfswagen.
En als ik zonnepanelen heb?
Hier is de situatie wat vaag. Als je laadpaal van stroom voorzien wordt door je zonnepanelen en je stroomproductie voldoende hoog is om je auto op te laden, kost deze stroom je niets. Je zou dus logischerwijs geen vergoeding moeten krijgen van je werkgever .
Maar je moet dit wel zelf aangeven bij je werkgever. De vraag is al voorgelegd aan minister Van Peteghem, die het onderwerp ontweek en aangaf dat wie meer informatie over zijn of haar specifieke situatie wil, een fiscale ruling kan aanvragen.