In 1961 ging het Jaguar voor de wind. De concurrentie kwam er bijna niet aan te pas, want de Mk 2 domineerde de luxeberlines en op het salon van Genève werd er een absolute topper gelanceerd: de E-Type. Het merk verving zijn verouderde Mx IX-topberline door een meer technologische Mk X.

Jacht op Rolls-Royce

Met dit nieuwe model nam Jaguar duidelijk Rolls-Royce in het vizier. De auto was eleganter, geslaagder, sportiever, beter uitgerust en vooral minder duur dan de Rolls-Royces en Bentleys. Technisch deed Jaguar geen toegevingen: een monocoquechassis, vier schijfremmen, een onafhankelijke achterophanging en onder de motorkap de 3.8 zescilinder uit de XK. Dat blok met dubbele bovenliggende nokkenassen en drie carburators kwam bovendien rechtstreeks uit de E-Type en produceerde 265 pk. Jaguar gaf de keuze tussen een manuele vierversnellingsbak en een drietrapsautomaat met optionele overdrive.

Warm onthaal

De pers was het er roerend over eens: de auto was geweldig. De comfortabele en sportieve Jaguar liet de Rolls-Royces en Bentleys van toen ver achter zich. Ook de prijs was een grote troef. Toch lukte het niet. De lijnen vielen niet bij iedereen in de smaak en doorheen de jaren stapelde Jaguar de strategische vergissingen op, waardoor niemand nog aan de complexe naamgeving uit kon. De modellen waren makkelijk te verwarren met hun gelijkaardige stijl en het duurste model werd dus over het hoofd gezien.

Evoluties

Eind 1964 verving Jaguar de 3.8 zescilinder door een 4.2. Die was niet krachtiger maar had wel meer koppel. Twee jaar later toonde Jaguar de 420G, de evolutie van de Mk X, op het salon van Londen. De naam zorgde voor verwarring, want er was al een 420 die als twee druppels water op deze 420G leek maar die iets kleiner was.

Diezelfde 420G had dan wel een nieuwe naam maar was onderhuids bijna ongewijzigd, op een ander radiatorrooster, enkele chromen details, hertekende zetels en optionele klimaatregeling na. Een nieuwe auto was het dus niet, waardoor de verkoop niet aantrok. Integendeel…

Vandaag

Van de Mk X en 420G werden er in totaal ongeveer 24.000 exemplaren verkocht, waarvan het merendeel met automaat. De Mk X is zeldzaam en ook weinig gegeerd. De vraagprijs schommelt daarom rond € 20.000 voor een mooi exemplaar. Ons advies? Een weggever, voor zulke prestigieuze auto uit de jaren 60…

Ga toch voor het beste exemplaar dat je kunt vinden. Een revisie kost een fortuin, roest richt rampen aan, de motor heeft de nodige aandacht nodig en sommige onderdelen zijn verre van makkelijk te vinden…