Jean-Francois Christiaens

16 JAN 2015

Jaguar F‑Type V6 vs Porsche Boxster GTS: de zang van de zescilinder

Of ze horizontaal liggen (in de Porsche) of in V staan (in de Jaguar), zes cilinders zorgen altijd voor extra karakter tegenover een gewone viercilinder. Laten we ervan genieten voor de downsizing overal heerst. 

Generatie na generatie wordt de downsizing sterker. Op papier gaan de prestaties vooruit ondanks een aanzienlijk lager verbruik. Maar liefhebbers weten dat cijfers niet alles zeggen. Het geluid, het bereik en de ruwheid van de motor zijn even belangrijke karaktertrekken in het spel om te verleiden.  

In afwachting van viercilinders

Matthias Müller van Porsche bevestigde de komst van een viercilinder in het duo Cayman/Boxster. Gelukkig blijft de zescilinder bij Porsche op post. Momenteel trekt de GTS-variant met zijn schitterende zescilinder boxer de aandacht. De 3,4 liter won bij die overgang 15 pk omdat de elektronica van het injectiesysteem opnieuw geprogrammeerd werd, de variabele distributie verbeterd werd en actieve sportuitlaat die vrijer ademt nu standaard is.

Mocht dat een kleine winst lijken, vergeet dan niet dat je toch 330 paarden (370 Nm) onder de rechtervoet hebt in de roadster Boxster of 340 pk (380 Nm) in de coupé Cayman. We zitten dus niet ver meer van het vermogen van een basis-911 (350 pk).

Grote adem

In afwachting van een 2.0 turboblok met vier cilinders in de basisversie, biedt de knappe Brit momenteel een 3.0 V6 met compressor en 340 pk. De Jaguar coupé bevestigt zijn positie tussen twee stoelen. De instapversie is een rivaal voor de Cayman, terwijl de versies S en R met respectievelijk 380 pk en 550 pk op het terrein komen van de 911 Carrera en Turbo. Dankzij zijn compressor biedt de 3.0 V6 veruit het meeste koppel in deze confrontatie (450 Nm). Veel reserve dus, die bovendien vroeger beschikbaar is. Vanaf 3.500 tr/min, terwijl het maximumkoppel van de atmosferische flat six in de Porsche pas bij 4.750 tr/min wordt vrijgegeven.

Hardrock

Zodra de sportmodus van de uitlaat geactiveerd is (standaard op de Porsche, een optie op de F-Type V6), speelt de zescilinder bij elke acceleratie een leuke melodie. Maar dan wel hardrock! Het geluid van de Jaguar zal liefhebbers bekoren met zijn polymorfe geluid en explosies bij het schakelen en wanneer je van het gas gaat, maar het voordeel gaat toch naar de Porsche. Zijn boxermotor zingt met een metaalachtig timbre en biedt meer agressiviteit in de hogere toeren dan de V6 met compressor. De flat six zingt nog sterker dan de Jaguar, die nochtans evenmin discreet is.

Racemotoren

Gezien hun andere manier van ademen (natuurlijk of met hulp), bieden de twee zescilinders van deze tweekamp niet hetzelfde plezier. De V6 compressor herneemt als een kanon. De vlakke zescilinder heeft een indrukwekkend bereik met een maximaal toerental dat flirt met de 8.000 tr/min. Het is ook leuker om er de zweep op te leggen. Bij hernemingen is hij wel minder explosief. Hij is ook minder gulzig dan de V6 met compressor van Jaguar, die bij een snellere rijstijl wel een slok lust.

GT

De Jaguar F-Type is sowieso meer een GT en weegt 150 kg meer dan de Porsche, ondanks zijn structuur in aluminium. Je wordt meer verwend binnenin, met een ruimere uitrusting en betere isolatie. In zijn basisversie is de F-Type minder communicatief (voor door de vagere besturing en de banden, 18-duimers met hoge banden) en minder levendig dan de V6 S met een automatische zelfsper en gestuurde schokdemping. Ongeacht de versie, de F-Type blijft een leuk speeltje waarmee je in de bochten kunt oversturen door de koppelrijke motor.

In HD

De Boxster GTS zet aan tot een meer verfijnde rijstijl. Uiteindelijk vallen we voor zijn charmes dankzij de chirurgische nauwkeurigheid bij gripveranderingen, de besturing ‘in HD’ en de onberispelijke grip (dankzij de centrale motor). Ondanks zijn sportieve afstelling heeft de Boxster in optie een gestuurde ophanging om comfortabeler voor de dag te komen. Zelfs in de sportmodus filtert de ophanging oneffenheden van onze Belgische wegen perfect weg . Verbluffend. Let echter op dat je de limieten niet overschrijdt. Een uitbrekende achterkant vergt hier meer expertise om te neutraliseren dan met de meer geleidelijke Jaguar.

Conclusie

Puristen zullen eerst naar het duo Cayman/Boxster GTS kijken. De zes cilinders uitdagen blijft een onbeschrijflijke plezier. Gezien de prijs inclusief opties van onze Porsche (onze testwagen flirtte met de grens van 100.000 euro), kiezen diezelfde puristen misschien toch voor de V6 S van F-Type. Die is beter gewapend om zich te verdedigen en bijna even leuk om te besturen. Voor liefhebbers van esthetica die een knappe, snelle en leuk rijdende auto zoeken, is er de F-Type V6. Ze zullen niet teleurgesteld worden.

Advertentie
Advertentie
Advertentie