De Tipo is Fiats C-segmenter, die het opneemt tegen de Opel Astra, Mazda 3, Peugeot 308, enzovoort. Fiat rekent daarvoor op een “less is more”-aanpak, waarbij het mikt op een prima prijs/kwaliteitverhouding, en op drie koetswerkvormen: een klassieke vierdeurs, een vijfdeurs en een break. Die twee laatste duwen de Tipo-verkoopcijfers de goede richting uit, dus de Italianen wijzen alleen de vijfdeurs en de break de nieuwe DCT-automaat toe.

Wat voor automaat is die DCT precies?

Een klassieke geautomatiseerde versnellingsbak met dubbele koppeling en zes verzetten. Helemaal nieuw is hij overigens niet: Alfa Romeo gebruikt hem onder meer onder de “TCT”-vlag in de MiTo en de Giulietta. In de Tipo is hij alleen verkrijgbaar in combinatie met de 1.6 MultiJet-dieselmotor met vier cilinders en 115 pk. Jammer, want we vermoeden dat hij in combinatie met de 1.4 Turbo-benzinemotor ook heel wat potentiële klanten zou kunnen overtuigen.

En de 1.6 MultiJet?

Dat is een klassiek viercilinder turbodieselblok, dat 115 pk produceert bij 3.750 tpm en een maximumkoppel van 320 Nm vanaf 1750 tpm. In de Station Wagon, die wij probeerden, haalt hij 100 km/u vanuit stilstand na 10,4 seconden en gaat hij door tot een topsnelheid van 200 km/u. De Italianen geven daarbij een gemiddeld verbruik op van 3,7 l/100 km (en zelfs 3,4 l/100 km als je voor het Eco Pack met 16-duimsvelgen en ecobanden kiest), al tel je daar in de praktijk best een tweetal liter bij. De CO2-uitstoot bedraagt 99 g/km, en zelfs 89 g/km met het Eco Pack.

Wat geeft dat in de praktijk?

Een uiterst geschikte combinatie in stadsverkeer: de DCT laveert zacht door de versnellingen en weet het ruime koppel van de 1.6 MultiJet goed te benutten. Ook snelwegverkeer gaat hem prima af: hij reageert soepel bij inhaalmanoeuvres en schakelt indien nodig op tijd een verzetje terug. De zelfontbrander heeft Fiat keurig gedempt, maar laat hoger in de toeren wel van zich horen.

Kan je er ook sportief mee rijden?

Dat behoort niet helemaal tot de specialiteiten van deze DCT: hij beschikt bijvoorbeeld niet over een sportmodus of schakelpeddels aan het stuur. Manueel schakelen kan wel door de versnellingspook naar links te duwen en dan op- en terug te schakelen, maar de reactietijden zijn niet van de snelste. Ook op stevigere commando’s van het gaspedaal volgt er af en toe een aarzeling. Comfortabel en ontspannen rijden behoort dus tot de comfortzone van deze DCT.

Hoe is het weggedrag verder?

Dat is behoorlijk op peil en vindt een gezond evenwicht tussen dynamiek en comfort. Op oneffen wegdek durft de demping af en toe wat droog te reageren, maar er is veel nodig om deze Tipo van de wijs te brengen. De setup is misschien niet de meest moderne of geavanceerde, maar zorgt voor heel wat stuurplezier. Aangenaam sturende auto’s: het gaat de Italianen nog steeds goed af.

Hoe is de sfeer aan boord?

Die oogt wat somber, en wordt vooral gedomineerd door de harde plastics die voor het dashboard en de deurpanelen worden gebruikt. De assemblagekwaliteit is op niveau, maar de materiaalkeuze wijst duidelijk op de richtlijn om de kostprijs van deze Tipo laag te houden. Zonde, want het dashboard wordt opgeleukt door het – afhankelijk van het uitrustingsniveau – 5 of 7 duim grote UConnect-infotainmentsysteem.

En de ruimte?

Die is behoorlijk gul. Niet alleen vooraan, maar ook achteraan, waar twee volwassenen over voldoende beenruimte beschikken. Een derde volwassene op de achterbank moet het helaas met heel wat minder doen. De kofferinhoud van de Station Wagon bedraagt 550 liter, en is nog uitbreidbaar met de neerklapbare achterbank. Alleen jammer dat die geen perfect vlakke laadvloer vormt.

Hoeveel kost hij?

Fiat biedt zijn Tipo met DCT-versnellingsbak alleen aan met de 1.6 MultiJet, als Hatchback en Station Wagon, en in de uitrustingsniveau Easy en Lounge. De Easy begint vanaf € 21.680 als vijfdeurs, de Lounge kost € 1.200 meer en voegt onder meer een groter touchscreen, automatische klimaatregeling en een snelheidsregelaar toe. De Station Wagon kost € 22.880 in de Easy-versie en € 24.080 in de Lounge-uitvoering. De echt competitieve prijzen van de lagere uitvoering vind je hier dus helaas niet, maar de Tipo blijft met zijn DCT-prijzen in het zog van de concurrentie.

Besluit?

De DCT-automaat met dubbele koppeling is een welgekomen aanvulling voor Fiat om zijn Tipo concurrentiëler te maken. Hij doet zijn werk zacht en naar behoren, maar houdt zich afzijdig van het dynamischere werk. Een versnellingsbak voor veelrijders en kilometers dus, die jammer genoeg alleen verkrijgbaar is in de hoogste uitvoeringen van het Tipo-gamma.