De 911 Type 964 bestond voor 87 procent uit nieuwe onderdelen. Gelukkig bleef de algemene lijn behouden, al vallen hier en daar wat moderne toetsen op te merken, zoals de achterlichten in een brede strip over de hele breedte van de wagen.
1. Prijzen stijgen langzaam maar zeker
Nog niet zo lang geleden tikte je een 964 op de kop voor zo’n 25.000 euro, maar vandaag tel je er algauw 50.000 tot 60.000 euro voor neer. En nu deze auto’s allemaal het statuut van oldtimer beginnen te bereiken, zullen de prijzen ongetwijfeld nog meer stijgen.
2. Onderhoud is duurder dan op oudere generaties
Deze 911 is meer gesofisticeerd dan zijn voorgangers. Dat maakt dat er meer elementen zijn die extra onderhoud en meer manuren vergen.
3. In grote lijnen solide, op een paar details na
Qua ophanging is dit een moderne 911 (de torsieassen zijn vervangen door McPhersons), maar de 964 stamt wel nog van voor het ‘elektronische tijdperk’. De betrouwbaarheid is dus in orde, op een paar mechanische elementen na. Zo kan de koppeling snel falen onder intensief gebruik, is het vliegwiel van de eerste exemplaren fragiel en kan de tandriem van de dubbele ontsteking het begeven. In grote lijnen zijn de versies van na 1992 steviger.
4. De koopjes van het moment…
De Cabrio- en Targa-versies zijn de koopjes van het moment: vaak hebben ze minder afgezien en zijn ze minder gegeerd (vooral de Targa). Een Tiptronic-versnellingsbak kan de prijs ook drukken, maar die gomt het rijplezier wel wat uit. Aan jou om te beslissen…
5. Extreem dure afgeleiden
De specialere versies Turbo en, vooral, Speedster en Carrera RS gaan naar verzamelaars die bereid zijn om bijna 200.000 euro neer te tellen voor een mooi exemplaar.