Voor de Tweede Wereldoorlog was Duesenberg een van de meest prestigieuze automerken op de markt. De racepedigree van het merk zat vervat in al zijn ultradure, ultrachique en ultrakrachtige producten. Het waren modellen met ongehoorde motoren voor die tijd: achtcilinders-in-lijn met dubbele nokkenassen en vermogens die de 400 pk benaderden in het geval van de wilde SSJ. Helaas overleefde het merk de beurscrash niet en verdween het in 1937...
Wedergeboorte van een legende
In de jaren '60 sloeg Fritz Duesenberg, zoon van August Duesenberg, een van de oprichters van het merk, de handen in elkaar met designer Virgil Exner van Chrysler om het merk nieuw leven in te proberen blazen. Het project: de Duesenberg Model D, een luxewagen op basis van de Chrysler Imperial. Hij was uitgerust met een 425 pk sterke V8, een carrosserie van Exner en werd met de hand gebouwd door Carrozzeria Ghia in Italië.
Ongeëvenaarde luxe
Het interieur van de Model D was een ware explosie van decadentie, met kasjmier, leer, echt hout en talloze andere details, het ene nog weelderiger dan het andere. De achterste passagiers konden zelfs de snelheid in het oog houden via eigen tellers! De bestuurder beschikte dan weer over talloze meters en instrumenten, waaronder... een hoogtemeter!
![]() | ![]() |
Jammerlijke mislukking
Ondanks goedgevulde orderboeken, met klanten als Elvis Presley en Jerry Lewis, werd de financiering zonder duidelijke reden ingetrokken, waardoor het project in de kiem werd gesmoord en Duesenberg voor de tweede keer in 30 jaar de deuren bijna meteen moest sluiten. Een enkel exemplaar van de Model S werd gebouwd. Het model bestaat nog steeds en werd door RM Sotheby's geveild in 2019. Dat is het exemplaar op deze mooie foto's die voor de gelegenheid zijn gemaakt door Keith Treder. Met een geschatte waarde van meer dan 300.000 dollar werd het model echter niet verkocht.