De drieling werd samen ontworpen, maar elk model kreeg veel meer vrijheid om zich een ander design aan te meten dan bij de vorige generatie van drie klonen. De drie verschilden in hoofdzaak door hun logo, maar vandaag is dat anders.

Aan de buitenkant delen ze alleen de voorruit en de voordeuren, terwijl de twee modellen van PSA onderhuids een gelijkaardige structuur van de flanken hebben.

Het bestek – of meer bepaald het eisenpakket van de marketing – valt samen te vatten in enkele lijnen: meer modieus, kleurrijk, glamoureus, design, uitrusting en afwerking. Voeg daar nog meer actieve en passieve veiligheid bij, compactheid en handelbaarheid, zonder zuinigheid te vergeten. Voilà, maak daar dan een aantrekkelijke auto van.

Baby-Peugeot

Op deze kleine spruit van 347 cm lang en 162 cm breed bracht Peugeot zijn typische stijlkenmerken aan. Vooraan vinden we het typische radiatorrooster van de laatste producten, met bovenaan de letters Peugeot, de typische blik van Peugeot en de led-signatuur vanaf de eerste afwerkingsniveaus.

Ook geen verrassing achteraan, met hoekige lichtblokken waarin de onvermijdelijke klauwen zichtbaar zijn. Geen twijfel mogelijk, de 108 steekt zijn afkomst niet weg. Het profiel komt wat moeilijker tot uiting, een lastige taak voor designers gezien de proporties.

De wielen staan op de vier hoeken en er is bijna geen koetswerkoverhang, wat maximaal plaats schept voor de zijdeuren. Net als zijn zusjes, die minder sterk op elkaar lijken dan vroeger, is de 108 beschikbaar met drie of vijf deuren. Vreemd genoeg wegen ze evenveel, door de ruiten van de achterdeuren en de zwaardere structuur van de zetels met geheugen op de driedeurs.

Maak jouw keuze    

De twee koetswerkversies kunnen verrijkt worden met een TOP-versie, uitgerust met een groot elektrisch stoffen schuifdak (opening van 80 op 76 cm) in drie mogelijke kleuren, een optie die de 108 deelt met de C1. De deuren geven toegang tot een interieur dat er bij de drie merken ongeveer hetzelfde uitziet. Alleen de afwerking en personalisatie verschilt.

Het compacte instrumentenblok verzamelt alle informatie boven de stuurkolom, die regelbaar is in de hoogte maar helaas niet in de diepte. De kleine toerenteller verschijnt pas in de topversie, de Allure, samen met een achteruitrijcamera, airco, mistlampen, 15-duimsvelgen, elektrische en verwarmde spiegels en Mirror Screen, een radio met aanraakscherm van 7 duim waar we later op terugkomen.

De basisversie Access beschikt over stabiliteitscontrole, vertrekhulp op hellingen, front-, zij- en gordijnairbags, stuurbekrachtiging, een boordcomputer, vooruitrusting voor een radio en een Isofix-systeem op de achterste plaatsen.

Wil je ook de elektrische ruiten vooraan, centrale vergrendeling, een in de hoogte regelbare bestuurderszetel en een achterbank deelbaar in 50/50-verhouding, dan moet je naar het middelste afwerkingsniveau Active.

108 met eigen stijl

De drie afwerkingsniveaus vallen te combineren met zeven thema’s die bestaan uit stickers aan buiten- en binnenkant, andere spiegelkappen en specifieke tapijten. Alle smaken komen aan bod, van chic tot sportief of trendy.

Er zijn ook nog acht koetswerkkleuren en het is mogelijk te kiezen voor een tweekleurig koetswerk, exclusief op de driedeurs. Laten we ook de drie interieursferen niet vergeten, die de kleuren van de boordplank en centrale console laten variëren of de vier bekledingen (waarvan één in leder, als optie), naargelang de gekozen afwerking.

Meer dan goed

Achter het stuur van onze 108 1.0 VTi 68 ETG5 merken we al snel de vooruitgang die geboekt werd tegenover de eerste generatie. De update van de wieltreinen werpt zijn vruchten af. Het weggedragt stelt gerust en maakt een leuke rijstijl mogelijk, maar een goede eenheid tussen de besturing en de remmen.

Het kleine blok van 69 pk (de 108 is ook beschikbaar met de PureTech van 82 pk die we testen in de Citroën C1) bevalt door zijn enthousiasme en levendigheid, en doet niet veel onder voor zijn krachtigere broer.

Het karakteristieke geluid van de driecilinder draagt bij tot het plezier en de gerobotiseerde versnellingsbak blijkt aangenaam in de Parijse drukte. Deze bak is gemakkelijk in stad en evenmin een beperking daarbuiten en lijkt dus een goede keuze voor deze stadsmus. Hij wordt standaard gekoppeld aan deze kleine motor, maar Peugeot houdt nog andere versies achter de hand.

In de spiegel kijken

We eindigen onze test met het laatste ‘speeltje’ van Peugeot: Mirror Screen. Dat kopieert het scherm van jouw smartphone (verbonden via een USB-poort) naar het 7-duims aanraakscherm. Een idee dat aantrekkelijk, intelligent en belangrijk lijkt. Zo kun je dure uitrusting zoals een gps uitsparen. Steeds meer mensen (zeker binnen de doelgroep) hebben een smartphone boordevol dergelijke functies.

Altijd verbonden zijn, is in deze tijden belangrijk maar dan moet je uiteraard over een goed netwerk beschikken om data over te brengen. We begonnen ons traject met een verbonden smartphine met Google Maps-applicatie als navigatie. De connectie en dus de navigatie werden geregeld onderbroken, tussenpunten verdwenen uit de lijst en verstoorden het traject. Google Maps vervangt dus geen echte gps …

Het zou allemaal veel gemakkelijker kunnen met een app zoals Navigon of TomTom met geïntegreerde kaarten in de smartphone, maar dat is niet mogelijk. De apps die werken met Mirror Screen moeten eerst gecertificeerd worden, kwestie van de veiligheid tijdens het rijden te bewaren.

Voor de navigatie is Google Maps gecertificeerd. We vragen ons af wat de verantwoordelijken die dag gedronken hebben … Dit moet snel rechtgezet worden, want op dit moment is het systeem niet te gebruiken. En het plaatje wordt nog donkerder: zodra je de navigatie inschakelt kun je jouw zorgen niet vergeten met een streepje muziek. De radio kan niet tegelijk gebruikt worden. Kortom, een goed idee, mocht het op punt staan.