Ik meen ooit ergens gelezen te hebben dat het land met het hoogste aantal wereldkampioenen formule 1 per inwoner, Finland is. Rosberg, Hakinnen en Raikonen zijn de goede zielen aan wie Finland dat te danken heeft. Andere snelle Finnen die het tot de koninginnenklasse schopten, zijn Kovalainen, Salo en JJ Lehto. En recenter Bottas. Weinigen die dat voorspelden, toen Leo Kinnunen in 1974 aan de start verscheen in zijn Surtees TS14. Het moge inmiddels duidelijk zijn: Finnen kunnen bloedsnel zijn.
Maar hun aanwezigheid in de Formule 1 verzinkt in het niets bij de overheersing die de Finnen bij wijlen tentoonspreidden in de rally.
De overheersing van Tommi Mäkinen in de Mitsu Lancer tussen 1996 en 1999 was haast verstikkend voor de sport. Zuiver op wereldtitels afgaande maken de 4 wereldtitels van Mäkinen hem de tweede beste rallyrijder ooit. Na Sebastien Loeb die er negen heeft. Persoonlijk vind ik Mäkinen echter een grotere. Al bij al moest die op zijn zegetocht wel de maat nemen van onder andere Richard Burns en Colin McRae, alsmede een op snee gekomen Kankunnen. Een andere Fin.
Mäkinen deelt zijn tweede plaats in de ranglijst der werelditels trouwens met die Juha Kankkunen. Het meest indrukwekkende aan Kankkunen’s loopbaan is misschien wel de lengte: van 1983 tot 2002 racet hij op het hoogste niveau van de rallysport, het WRC. 20 jaar lang … Indrukwekkend. Van de groep B-monsters tot de moderne WRC-wagens. Kankkunen draaide in alles mee aan de top.
De groep B-wagens, die met hun monsterachtige vermogens haast vermomde formule 1’s voor het veld waren, leken de Finnen trouwens op het lijf geschreven. Henri Toivonen was in zijn Lancia Delta S4 de absolute ster van het groep B-tijdperk. Tot het noodlot hem in 1986 achterhaalde en hij aan het firmament der betreurde autosterren zijn plaats naast il Grande Gilles innam. Op het circuit, Villeneuve in een Ferrari en op de veldwegen, Toivonen in een Delta. Tifosi werden er begin jaren 80 helemaal wild van.
Een andere Fin die in de Groep B mooi weer maakte was Ari Vatanen. Vatanen werd wereldkampioen in de laatste jaren voor groep B zijn intrede maakte. In 1981, met Ford. Daarna stapte hij over naar Peugeot die met de 205 T16 één van de groep B-mythes leverden.
Toen groep B, na het ongeluk van Toivonen, werd afgevoerd, gebruikte Peugeot de ervaring van de 205 T16 om de 405 T16 te ontwikkelen. Een monster met een geschatte 600 pk onder de motorkap. En Peugeot stuurde Vatanen met het monster naar Pikes Peak. Waar hij alle records aan diggelen scheurde. Het inspireerde Peugeot tot het maken van het volgende flimpje : Climb Dance.
Het is één van de meest indrukwekkende filmpjes die ik ooit gezien heb. De diepte van de afgronden, de nabijheid ervan, de afwezigheid van enige vorm van afsluiting of uitloopstrook. En dan de snelheid waarmee een ontketende Vatanen dat allemaal straal schijnt te ignoreren. Even de rechterhand voor de ogen houden tegen de zon … Hoeveel mooier kan het worden?