De derde generatie Mini Countryman bracht een revolutie teweeg bij zijn lancering eerder dit jaar. Niet enkel op vlak van (interieur)design en grootte, maar ook qua techniek: voortaan krijg je de keuze tussen benzine, diesel én volledig elektrisch. De pittige Countryman SE met zijn twee elektromotoren konden we eerder al ontdekken, nu kropen we een weekje achter het stuur van de basisversie Countryman E. Hoe bevalt deze elektrische SUV op Belgische wegen - en vooral, wat blijft er nog over van de range als het kouder wordt?
Design Mini Countryman
Deze nieuwe Countryman kan je nog bezwaarlijk een ‘Mini’ noemen, want met zijn lengte van 4,45 m, zijn breedte van 1,84 m en zijn hoogte van 1,66 m is de SUV van Mini groter dan ooit geworden. Niet zonder reden, want daarmee is er plaats gemaakt voor de compacte Mini Aceman, die eveneens dit jaar werd gelanceerd.
Uiterlijke verschillen tussen de Countryman E en SE zijn er amper. De basisversie moet het doen zonder ‘S’-badges op zijn grille en kofferklep, meer hebben we niet kunnen vinden. Alle andere details blijven overeind, van het gladde maar toch iets robuuster geworden silhouet tot de verfijnde LED-lampen, die een vrolijk lichtspel laten zien bij het ontgrendelen en waarvan je de lichtsignatuur naar wens kan aanpassen. Qua personalisatie kan je kiezen uit 10 kleuren, 3 contrastkleuren (wit, zilver/goud en zwart) en 7 velgdesigns van 17 tot 20 inch.
Mini wordt steeds meer BMW
Het interieur van de Mini Countryman E is uitgesproken en minimalistisch tegelijk, met de nadruk op duurzame textielsoorten in kleurrijke patronen, en/of verschillende kleuren ‘Vescin’-kunstleer. Ondanks de typische Mini-details zoals de tuimelschakelaars op de middenconsole, waanden we ons in de Countryman echter meer dan ooit aan boord van een ‘vrolijk gemaakte’ BMW. Heel wat knoppen zijn dan ook rechtstreeks overgenomen van de technisch gelijke BMW iX1.
Beleving Mini Countryman
Aan boord rekent de Countryman E, net als elke andere moderne Mini, vooral op zijn ronde OLED-scherm van 9,5 inch om de nodige informatie te weergeven aan zijn bestuurder. Gelukkig had ons testexemplaar ook nog het optionele head-up display, waardoor we niet steeds opzij moesten kijken om onze snelheid te kunnen aflezen. Het scherm ziet er goed uit, maar reageert niet altijd even vlot op aanrakingen en is vooral niet altijd even logisch ingedeeld.
Als je het iDrive-systeem van BMW een beetje kent, vind je er uiteindelijk wel je weg in, maar een simpele manier om in één tik terug te keren naar het vorige scherm hebben wij niet gevonden. Misschien dat het went met wat meer ervaring. Ook Android Auto en Apple CarPlay zien er nogal vreemd uit in hun kleine, rechthoekige weergave binnen het grote, ronde scherm.
Mini Experiences zorgen voor sfeer
Leuk aan Mini’s nieuwe systeem zijn wel de ‘Experiences’, die de weergave van het systeem aanpassen volgens 7 verschillende thema’s, van sportief tot klassiek. Onze voorkeur ging naar die laatste optie, met ‘analoge’ tellers op een beige achtergrond, heerlijk rustgevend! De kunstmatige geluiden van de aandrijflijn hebben we echter meteen uitgeschakeld.
Het voordeel van de groeispurt van de Mini Countryman is dat hij ook wat ruimer is geworden aan boord. Volwassenen kunnen probleemloos achter elkaar zitten en ook de koffer is met zijn 460 tot 1.450 liter erg praktisch, al is er geen frunk voor de laadkabels. De achterzetels klappen in drie delen neer en zijn ook instelbaar, maar niet verschuifbaar in de elektrische Countryman.