Toen hij in 2013 op de markt kwam, had de Renault Captur officieel maar één rechtstreekse rivaal: zijn neef Nissan Juke. De twee modellen waren vrij complementair: tegenover de controversiële stijl en de sportieve cocon van de Japanse SUV plaatste de Fransman een meer conventioneel uiterlijk en een praktischer interieur. Ondertussen is het aanbod in het segment wel explosief gegroeid. In 2019 moet de Captur II zo afrekenen met een stuk of twintig andere compacte SUV’s.
+ 11 centimeter
Technisch gezien staat deze tweede Captur op het recente modulaire platform CMF-B van de Alliantie, net zoals zijn kleine broer Clio, die ook net is vernieuwd. Maar ook zijn neef Nissan Juke maakt zich net op om aan een nieuw leven te beginnen. Voor de Captur maakt dit nieuwe fundament het mogelijk om te groeien. De nieuwkomer is 11 centimeter langer dan zijn voorganger (4,23 meter) en ziet zijn wielbasis met 2 centimeter groeien (2,63 meter).
Ideaal compromis?
Deze nieuwe proporties brengen goed nieuws: naast een meer dynamisch profiel krijgen we zo een ruimer interieur, terwijl het model toch compact blijft en dus gemakkelijk te mennen in de stad. In cijfers geeft dat 17 millimeter meer knieruimte achterin en een koffer die 81 liter meer slikt.
Verschuifbare achterbank
Ander goed nieuws: de verschuifbare achterbank van de vorige Captur is nog steeds van de partij. Die gebruikt de grotere afmetingen van de SUV van Renault om over 18 centimeter te verschuiven, tegenover 16 centimeter voordien. Op die manier schommelt het koffervolume tussen de 395 en de 536 liter. Dat is heel genereus. De achterbank bestaat echter wel uit slechts één deel: het is niet mogelijk om 2/3 apart te verschuiven en een ‘comfortabele’ zitplaats achterin te behouden.
Eindelijk verzorgd afgewerkt
In zijn eerste leven heeft de Captur heel wat kritiek moeten slikken voor zijn nogal ‘lichte’ afwerking, maar zijn opvolger toont zich op dit vlak veel beter gewapend. De harde en holle plastics van de vorige generatie hebben namelijk plaats gemaakt voor kwaliteitsvolle, zachte materialen. Een prettige verrassing nu zelfs de compacte SUV’s van Volkswagen het met harde kunststoffen moeten doen. Ook het weerbarstige aanraakscherm van de Captur I is verdwenen en ingeruild voor een mooie tablet, die zowel groter is als sneller reageert. Bovendien zijn de traditionele wijzerplaten vervangen door een instelbaar scherm, dat afhankelijk van de uitrusting ook de navigatiekaart kan tonen. Wie in een nog meer verzorgde cocon wil reizen, kan ook de topversie Initiale Paris bestellen, die nog meer aandacht besteed aan de details… Maar dan gaat het prijskaartje richting de 30.000 euro.
Geautomatiseerd rijden
De Captur krijgt verder nieuwe en moderne uitrustingselementen om hem te helpen het hoofd te bieden aan meer recente rivalen. Orgelpunt is de geautomatiseerde rijhulp voor in files, die een actieve spoorassistent combineert met de adaptieve snelheidsregelaar.
Compromis
Op de weg biedt de Captur voortaan een mooi compromis tussen comfort en dynamiek. Hij filtert niet zoals een Citroën C3 Aircross en heeft niet de levendigheid van een Mazda CX-3, maar de Captur is behoorlijk overtuigend onder alle omstandigheden, zelfs al had hij nog iets zachter gemogen. De besturing lijkt in elk geval natuurlijker aan te voelen dan voordien en de schokdemping is minder stug.
Volledig palet
Voor de aandrijving van zijn Captur biedt Renault een behoorlijk compleet motorenpalet aan. De nieuwe 1.0-turbodriecilinder van 100 pk is de instapmotor (en moet zich redden met een manuele vijfversnellingsbak). Het midden van het gamma wordt gevormd door de samen met Daimler ontwikkelde 1.3-turboviercilinder die er met 130 en 155 pk is. Renault biedt ook nog steeds een dieselmotor aan in de Captur: de 1.5 Blue dCi met 115 pk. En in 2020 krijgt de SUV nog een plug-in hybride variant met een elektrisch rijbereik van 45 kilometer dankzij een batterij van 9,8 kWh.
Discrete werker
Voor deze eerste kennismaking stonden de TCe 130 met manuele versnellingsbak en de TCe 155 met de EDC-overbrenging met 7 verhoudingen ter beschikking. In beide gevallen moeten we de uitstekende geluiddemping vermelden van de drukgevoede 1.3, naast zijn mooie gewilligheid. Zelfs voor gemengd gebruik volstaat de 130 pk voor ons moeiteloos, die de Captur al een mooie veelzijdigheid geeft. De EDC-overbrenging van haar kant werkt vrij goed eens de auto in beweging is.
Ons verdict
De Captur gaat er op alle vlak duidelijk op vooruit. Deze evolutie is vooral voelbaar op het vlak van de kwaliteitsindruk en de uitrusting. De compacte Renault-SUV heeft op deze punten zijn rivalen niets meer te benijden. Dankzij zijn nieuwe formaat gaat ook de praktische kant erop vooruit. Met bovendien nieuwe en overtuigende motoren heeft de Captur II duidelijk alle kaarten in de hand om het succes van zijn voorganger verder te zetten.