Na twee sympathieke generaties volgens de traditionele formule ‘motor voorin/voorwielaandrijving’ keerde de Renault Twingo in 2014 terug met achterwielaandrijving en de motor achterin. Om redenen van schaalvergroting deelde de kleine Fransman zijn ingewanden met de kleine Smartjes van partner Daimler. Die modellen waren van bij hun ontwikkeling bedacht om compatibel te zijn met elektrische aandrijving. Daarom stonden ze op een platform met een dubbele vloer om er een batterij te kunnen herbergen.
Maar in tegenstelling tot Smart, dat al vrij lang een elektrische variant afleidt van zijn stadswagens, had Renault met zijn Zoé in de catalogus tot op heden die stap nog niet gezet. Ondertussen is de markt van de elektrische auto’s sterk geëvolueerd. Bovendien kreeg de Zoé een nieuwe batterij voor meer veelzijdigheid, zodat hij met meer gemoedsrust buiten de stad kan worden ingezet. Daarom mag de Twingo nu, eind 2020, op zijn beurt uitpakken met een elektrische versie.
Transparante integratie
De ‘operatie’ is niet geheel verrassend probleemloos verlopen voor de patiënt. De integratie van de nodige organen voor de elektrische aandrijving verliep namelijk soepel. Met zijn Electric-logo behoudt de Twingo dezelfde praktische aspecten als de versies met verbrandingsmotor. De elektromotor zit ook hier onder de koffervloer terwijl de batterijmodule in de vloerplaat zit.
Hoewel de Twingo Electric niet minder praktisch is dan zijn broers op benzine, kampt hij wel met dezelfde beperkingen. Zo zit je weinig comfortabel achterin, met hoog opgetrokken knieën en een heel rechte rugleuning. Verder is de koffer weliswaar ruim voor het segment (291 liter), maar is de laaddrempel vrij hoog en is de ruimte onder de hoedenplank eerder beperkt.
Een ander klein bezwaar op praktisch vlak: Renault heeft geen enkel bergvak voorzien voor de laadkabels. Die nemen dus gewoon kofferruimte in…
22 kWh
De Twingo Electric heeft zijn langere ontwikkelingstijd gebruikt om een meer overtuigende batterij te kunnen gebruiken dan zijn neven bij Smart. Die laatste moeten zich tevreden stellen met een module van 17,6 kWh, maar de Twingo heeft een watergekoelde accu van 22 kWh. In de praktijk betekent dit dat laadbeurten in de Twingo zo’n 150 tot 160 kilometer uit elkaar liggen. Wij verstookten gemiddeld 13,2 kWh/100 km tijdens onze test.
Het officiële WLTP-rijbereik ligt op 190 kilometer. Maar Renault spreekt zelf van een realistisch rijbereik van 110 kilometer in de winter en 180 kilometer in de zomer.
Caméléon
De Twingo heeft daarnaast het voordeel dat hij over een krachtige interne lader beschikt. Deze zogenaamde Caméléon past zich automatisch aan de beschikbare wisselstroombron aan: één- of driefasig en met een vermogensvork van 2 tot 22 kW.
Aan een eenfasige wallbox van 7,4 kW moet je dus uitgaan van een laadtijd van ongeveer 4 uur. Aan driefasenladers van 11 of 22 kW wordt die tijd zelfs ingekort tot slechts 3,5 uur of 1 uur 15 minuten. De Twingo Electric is daarentegen niet compatibel met snelladen aan gelijkstroom. In een stadswagen lijkt dat echter minder een probleem dan met een kilometervreter.
Koning van de stad
De elektromotor van 82 pk en 160 Nm die hier is gekozen volstaat om de Twingo Electric in de stad aan te drijven. Daar voelt de kleine Fransman zich als een vis in het water: zonder lawaai of trillingen trekt hij vlot op tot 50 km/u (in 4,2 seconden) en hij keert er vooral op een zakdoek dankzij een draaicirkel van slechts 8,6 meter.
Het enige kleine gebrek is dat de kunstmatige klank die hij verspreidt om voetgangers te waarschuwen voor zijn komst te sterk hoorbaar is in het interieur. Eens je erop begint te letten, hoor je niets anders meer terwijl je door stapvoets verkeer rijdt…
Matige rechtuitstabiliteit
Indien nodig blijkt de Twingo ook voldoende sterk bewapend om zich op grotere verkeersassen te wagen. Zijn beperkte gewicht voor een elektrische auto (1.186 kilo) maakt dat hij tot zo’n 100 km/u voldoende vlot blijft. Daarna wordt hij steeds slomer tot zijn topsnelheid van 135 km/u. Bij een gemengde rijstijl toont de Twingo zich behoorlijk levendig met behoud van een fijn werkingscomfort. Zijn rechtuitstabiliteit, vooral bij winderig weer, blijft echter matig op grote assen. Op de snelweg worden bovendien de stroomlijngeluiden heel sterk.
Hoeveel kost hij?
Renault biedt zijn Twingo Electric aan vanaf 19.750 euro. Dat is een competitief prijskaartje voor een elektrische auto. Voor dat bedrag moet je echter wel genoegen nemen met de behoorlijk kaalgeplukte instapversie Life. Je kiest daarom beter voor de Twingo Electric Zen of zelfs de Intens. De prijs stijgt dan tot respectievelijk 21.250 of 22.050 euro. We zitten dan op hetzelfde niveau als de VW e-Up/Seat Mii Electric… die een batterij hebben van 36 kWh, waarmee ze een 100-tal reële kilometers meer kunnen afleggen.
Voor de volledigheid vermelden we nog dat er tijdens de lanceringsperiode een beperkte reeks is van de Twingo Electric, de Vibes. Die kost 23.300 euro.
Ons verdict
De elektrische aandrijving zit de Twingo als gegoten. Ze maakt deze extreem wendbare stadswagen nog comfortabeler bij gebruik in de stad dankzij de afwezigheid van trillingen. Zijn batterij van 22 kWh beidt hem bovendien meer veelzijdigheid dan zijn neef Smart Forfour EQ met een in de praktijk te krap bereik. Dan blijft natuurlijk wel nog de vraag of je echt bereid bent om meer dan 20.000 euro op te hoesten voor de ‘tweede auto’ van het gezin…
